Wat heb je in je hand, Exodus 4
Je kent het verhaal van Mozes wel; hij rende weg van de farao naar het land van Midian. Na daar 40 jaar te zijn geweest, had hij een ontmoeting met de Heer en deze vroeg hem TERUG te gaan om Zijn mensen van Egypte naar het Beloofde Land te leiden.
Er gebeurden een paar belangrijke dingen gedurende deze ontmoeting in het leven van Mozes: ten eerste moest Mozes beseffen dat God een plan met zijn leven had vanaf zijn geboorte. Met andere woorden: ZIJN LEVEN WAS GEEN VERGISSING OOK AL WAREN ER NOGAL WAT UITDAGINGEN NA ZIJN GEBOORTE.
Mozes had deze ontmoeting met deze geweldige God op de berg nodig ZODAT HIJ GOD ZOU KENNEN VOOR WIE HIJ IS EN OM OMGANG MET HEM TE HEBBEN OPDAT ER EEN LANGE EN INTIEME RELATIE MET GOD ZOU ONTSTAAN VANAF DEZE ONTMOETING wat NIET zou gebeuren na het horen en het vertellen van VERHALEN OVER ONZE HEER. (Sommige mensen geven op in het leven vanwege hun familieachtergrond, anderen omdat hun ouders hen vertelden dat ze niet gepland waren en weer anderen omdat hun vrienden denken dat ze niet cool zijn. Zelfs als je geboren bent in een warm klimaat net als ik en je vrienden denken dat dat niet cool is, je bent hier. GEEN van deze omstandigheden hebben ervoor gezorgd dat je niet bent GEBOREN. Dus je kunt net zo goed zeggen dat het te laat is: je bent er nu eenmaal. Dit is eigenlijk het verhaal van Mozes vóór zijn ontmoeting met God.
God pakt het minderwaardheidsgevoel van Mozes aan door hem terug te sturen naar de koning van het land dat hij vreest omdat hij een Egyptenaar heeft gedood. Door het verleden aan te pakken, kon Mozes naar de TOEKOMST kijken met VERTROUWEN.
Dit kun je allemaal lezen in Exodus 1 tot 3.
Nadat Mozes in zijn ongeloof klaagt wat de oudsten van Israel zullen zeggen, vraagt God Mozes een ESSENTIËLE VRAAG: wat heb je in je hand (hoofdstuk 4).
Mozes antwoordt: een herdersstaf.
Dit is belangrijk voor ons leven als we kijken naar het Plan en de Roeping die God voor ons heeft, al van voordat de aarde bestond.
Meestal kijken we naar onszelf in het licht van wat anderen over ons denken en we leggen datgene neer wat er in onze hand is, omdat we er geen WAARDE in zien. Als ik Mozes was, dan zou het me verbaasd hebben dat de Heer vraagt naar wat ik in mijn hand heb en NIET naar wat er in mijn hart is. Maar de HEER kende het hart van Mozes net als Hij het jouwe en het mijne kent, lieve vrienden. Hij richtte de aandacht van Mozes op zijn grooste KRACHT voor het leiden van de mensen naar het Beloofde Land : de herdersstaf. Als hij de VAARDIGHEDEN en het GEDULD van een HERDER zou gebruiken en zou zien dat de tijd in Midian een voorbereiding was op wat er ging gebeuren, dan zou jij de LEIDER zijn die Israel NODIG hadop dat moment.
Als je nadenkt over deze hoofdstukken, sta dan eens stil bij de vraag die GOD aan Mozes stelde en stel je voor dat GOD dit aan jou vraagt: WAT HEB JIJ IN JE HAND?