Van de Tweede Kamer naar McDonalds
Piet, overtuigd Christen en minister in de tweede kamer wordt door God geroepen
God: Piet ik wil dat je, je baan opzegt en bij McDonalds gaat werken. Ja het salaris is een kwart van wat je nu verdiend, maar ik heb uitgerekend dat als je kleiner gaat wonen je er precies van kunt rondkomen.
Piet: Heer, wat zegt U nu? Ik ben hier toch veel te hoog voor opgeleid, dat werk gaat me snel vervelen.
God: Nou Piet je bent daar inderdaad te hoog voor opgeleid maar ik zal zorgen dat ze je toch willen aannemen en ik zal je de beste hamburgerdraaier maken in het hele bedrijf, maar je moet vooral van mij getuigen daar want er is daar namelijk geen enkele Christen te bekennen op de werkvloer.
Piet: O, Heer dat klinkt goed zeg, ik mag naar een bedrijf gaan waar ik weliswaar niet zoveel verdien maar waar ik van U kan getuigen en heel veel mensen ga bekeren, nou snap ik het!
God: Euhm… nee, nou eigenlijk is het zo dat je van mij moet getuigen, maar niemand zal naar je luisteren, er zal er niet 1 tot geloof komen. En misschien dat je zo nu en dan ontslagen wordt, maar ik zal er steeds voor zorgen dat je in een andere filiaal weer aan de slag kunt.
Klinkt onwaarschijnlijk?
Dat zou God nooit doen toch? Dat zou hij nooit van ons vragen? God wil toch dat we het goed hebben?
Zo zat ik ook te denken totdat we hier de profeten Jeremia en Ezechiel gingen behandelen.
Jeremia, opgeleid als priester die daarmee een van de meestgerespecteerde “banen” in Jeruzalem zou hebben, wordt door God geroepen als Profeet om aan koningen en koninkrijken Zijn Woord te verkondigen. In zijn roeping waarschuwt de Heer hem al dat hij veel tegenstrijd te verduren zal krijgen maar dat Hij bij Jeremia zal zijn om hem steeds weer te redden (Jer 1:10,19). Daarna heeft Jeremia een bediening van 50 jaar waarin zijn familie hem verstoot, hij van God niet mag trouwen, de Koning hem laat opsluiten in de gevangenis, in een put, in een martelwerktuig. Vernedering na vernedering, marteling na marteling, Jeremia blijft volhouden en vervolmaakt zijn bediening en is in God’s ogen “zeer succesvol”, maar er is in 50 jaar GEEN EEN persoon die luistert naar de woorden van Jeremia en zich bekeert tot God.
Ezechiel, ook zo’n verhaal van een priester die geroepen wordt als profeet met daarbij de opmerking dat niemand naar hem zal luisteren (Ez 3:7), maar dat hij toch maar moet blijven volhouden. Vervolgens moet hij 1 jaar en 1 maand op zijn ene zij op de straat liggen, daarna 40 dagen op zijn andere zij, de mensen zien hem als een volslagen gek, maar Ezechiel blijft volhouden. Hijzelf begrijpt daar niets van, maar is gehoorzaam. Ook hij ziet niets veranderen in de omgeving waarin hij leeft, maar God is heel blij met hem.
“Succes hebben” in God’s ogen is schijnbaar iets anders dan “rijk en beroemd” zijn (wereldsperspectief) of “veel mensen bekeerd hebben” (geloofsperspectief) of een “makkelijk leven hebben”. Wat ik leer van deze profeten is dat zij succesvol waren door; gehoorzaam te zijn aan God. Ook al begrijpen we het niet en zien we het “nut” er niet van en lijkt het niets op te leveren, gehoorzaam zijn. Dat is pijnlijk, moeilijk, moeizaam en misschien gaan we er in alle opzichten op achteruit (financieel, zekerheid, positie, status), maar wat een rust hadden deze profeten in hun relatie met God. Zij leefden voor Hem en met Hem met hun blik gericht op Hem. Zij waren in staat onmenselijke dingen te verduren omdat God hen daar de kracht voor gaf. En Hij bleef trouw aan zijn Woord om hen niet te verlaten.
Ik werd hierdoor uitgedaagd met de vraag “hoe gehoorzaam ben ik?” en “In hoeverre wil ik gehoorzaam zijn?” Natuurlijk heeft niet iedereen een leven als Jeremia en Ezechiel, maar God vraagt ook onze gehoorzaamheid in kleine dingen. Als ons hart gericht is op Hem, als we ernaar verlangen om Hem te volgen, moeten we ook onze handelingen daarop aanpassen. Bijvoorbeeld; Als ik iemand tot de Heer wil leiden moet ik die persoon wel het evangelie uitleggen en dat betekent dat ik die persoon daarover moet aanspreken en mijn schaamte daarin (wat als hij het niet wil horen?) doorbreken.
Jackson zei hierover het volgende: ik heb geleerd dat het niet de grote dingen zijn die we bereiken voor God, maar dat het gaat om de simpele, kleine stappen van dagelijkse gehoorzaamheid aan God en mijn bereidheid om mijn eigen leven neer te leggen voor Zijn glorie, zelfs “als ik er geen zin in heb”, die zullen leiden tot Zijn wil, doel in mijn leven en in deze generatie. Ik geloof dat, dat het hele Christelijke leven samenvat. Dat we bereid zijn om “JA” te zeggen tegen God.
Vraag u daarom eens af:
– Heb ik voor mijn leven een bepaalde richting van God gekregen? Zo ja, wat was mijn reactie daarop?
– Hoe vast zit ik in mijn “dingen” (persoonlijkheid, zekerheid, financien) om niet eens te willen weten of ik gehoorzaam ben (in grote of kleine dingen)?
– Heb ik een droom voor deze generatie en ben ik bereid om daar mijn leven voor te geven?
Gehoorzaam zijn, Hem volgen in kleine en in grote dingen wat het ook is, hoe gek het ook lijkt, door dat te doen zijn we het Koninkrijk van God hier op aarde en zien mensen wie Jezus is.
Dat is dan toch pas echt “succes”?
Zegen toegewenst,
Jackson & Anneke Ndecheck